
Aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling
Minister De Jonge (VWS) en minister Dekker (Rechtsbescherming) presenteerden samen met de VNG het actieprogramma Geweld hoort nergens thuis. Het bevat een groot aantal maatregelen om huiselijk geweld en kindermishandeling terug te dringen en duurzaam op te lossen. Het Rijk stelt daar de komende jaren tientallen miljoenen voor beschikbaar.
Huiselijk geweld en kindermishandeling vormen een hardnekkig maatschappelijk probleem. Jaarlijks zijn nog steeds zo’n 200.000 volwassenen en 119.000 kinderen slachtoffer. De gevolgen zijn desastreus en vaak levenslang merkbaar. De ambitie is om geweld te stoppen en de gezinssituaties veilig te maken.
Gezinnen die dat nodig hebben, krijgen hulp. Slachtoffers worden snel en blijvend in veiligheid gebracht. Plegers moeten aangepakt worden om herhaling te voorkomen en als signaal naar het slachtoffer. Waar nodig en mogelijk wordt naast straf ook deelname aan een hulpverleningstraject als (verplichte) voorwaarde gesteld. Plegers mogen zich niet langer aan hulp onttrekken of een traject half afmaken. Zo wordt er gericht aan gedragsverandering gewerkt.
De minister van Justitie en Veiligheid dient een wetsvoorstel in voor verhoging van het strafmaximum bij stelselmatige kindermishandeling en verlenging van de verjaringstermijn. En er komen speciale multidisciplinaire centra huiselijk geweld. Verder dienen scholen sneller geïnformeerd te zijn na geweldsincidenten thuis, zodat zij steun kunnen bieden aan het kind op school.
Voor een aantal specifieke doelgroepen is extra aandacht nodig. Denk daarbij aan de slachtoffers van loverboys (mensenhandel), slachtoffers van seksueel geweld, kinderen in kwetsbare opvoedsituaties en kinderen van wie de ouders in een complexe scheiding verwikkeld zijn. Om de plannen te kunnen uitvoeren komt er per regio een aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling.
Download hier het Actieprogramma Geweld hoort nergens thuis.