Aranka: “Ik wil veroordeelden helpen aan een goed stabiel leven.”

Ze is forensisch orthopedagoog bij Veldzicht, Centrum voor Transculturele Psychiatrie in het Overijsselse Balkbrug. Samen met een team onderzoekt Aranka Roodhof waarom de patiënten uit allerlei verschillende culturen tot een delict zijn gekomen, en hoe je herhaling kunt voorkomen.

 

“Onze patiënten zijn over het algemeen jonge mensen tussen de twintig en dertig jaar, die in aanraking zijn gekomen met justitie. Ze zijn asielzoeker, ongedocumenteerde, vreemdeling met tbs of in strafrecht, of bestuursrechtelijke vreemdeling. Ik werk echter alleen met de forensische doelgroep op de afdeling Overige Forensische zorg. De rechter heeft bepaald dat ze behandeling nodig hebben.

 

Een heel leven voor zich

 

Het zijn veroordeelden die een andere culturele achtergrond hebben of tot ongewenst vreemdeling zijn verklaard. Ze hebben psychiatrische problematiek, die behandeld moet worden omdat het een rol speelt bij hun delictgedrag. Na behandeling moeten tbs-vreemdelingen en VRIS’ers* terug naar hun eigen land of naar de penitentiaire inrichting. Allemaal hebben ze nog een heel leven voor zich. Ik wil hen helpen er een goed, stabiel leven van te maken.

 

Enige kliniek

 

Veldzicht heeft van alle forensische klinieken in Nederland het grootste aantal interne behandelplekken voor patiënten met een migratieachtergrond. Ze komen bijvoorbeeld uit Syrië, Litouwen, Letland, Zweden, Marokko en Turkije. Een aantal van onze medewerkers heeft zelf een migratieachtergrond en met goede reden: we hebben niet alleen te maken met forensische en psychiatrische problemen, maar ook met heel diverse culturele achtergronden. Hun problemen zijn behoorlijk verschillend. Je ziet bijvoorbeeld verslaving, een licht verstandelijke beperking, autisme, persoonlijkheidsstoornissen of schizofrenie.

 

Nonverbale signalen

 

Deze doelgroep is een heel dynamische, elk delict zit anders in elkaar. Samen met het team pluis ik helemaal uit wat er echt is gebeurd. Ik bekijk of er nog diagnostiek nodig is en doe een risicotaxatie – is er kans op herhaling? Soms wil een patiënt niet meewerken. Voor mij een extra uitdaging om me er in vast te bijten. Je kunt veel afleiden uit non-verbale signalen, al zijn de uitingen bij patiënten met een migratieachtergrond vaak anders dan bij Nederlandse patiënten. Maar iemand met schizofrenie bijvoorbeeld ziet en hoort dingen die wij niet zien of horen. Hij kan dan gebaren maken in de lucht of opeens hard lachen. Iemand met een depressie komt niet meer uit bed en is vaak vlak in de emoties.

 

Ogen en oren

 

Ik coördineer vervolgens de behandeling. Die bestaat uit individuele therapie, zowel met gesprekken en gedragstraining als non-verbaal met zaken als muziek en bewegen. Op de afdeling is het programma groepsgericht, onder andere met beeldende therapie en door samen te eten en te bewegen. Afhankelijk van het behandelplan overleg ik steeds met de hoofdbehandelaar, de GZ-psycholoog, de psychiater, de sociotherapeuten en de groepsleiders. Die laatsten trekken de hele dag met patiënten op. Ze observeren wat er gebeurt en zijn echt onze ogen en oren op de afdeling. Ze informeren ons ook over de vorderingen van patiënten op het gebied van belangrijke vaardigheden, zoals samenwerken en grenzen stellen.

 

Niet langer dakloos en verslaafd

 

Dat grenzen stellen heel moeilijk kan zijn zagen we bij een man van 27. Hij werkte als kok op hoog niveau en ervoer in zijn werk zoveel druk, dat hij aan de drugs raakte. Hij verloor zijn baan en zijn huis, ging zwerven en pleegde een delict. In gesprekken merkten we steeds weer zijn enorme passie voor koken, maar die passie had hem ook àlles gekost. Hij wilde nooit meer in die sector aan het werk. We onderzoeken nu of hij misschien op een lager niveau kan gaan koken, zodat hij toch kan doen wat hij het liefste doet. Intussen leert hij zelfstandig te functioneren in een HAT-woning op het kliniekterrein. Voor hem een mooie en belangrijke stap: van dakloos en verslaafd naar langere tijd drugsvrij in een eigen woning.

 

Feeling houden

 

Corona heeft natuurlijk grote impact op ons werk. De grootste is dat ik zoveel thuis moet werken. Voor de administratie kan dat, maar wij doen mensenwerk. Via video is het moeilijker in te schatten hoe iemand erbij zit. De afstand is écht groter, de beleving is anders. Het is moeilijker om een band op te bouwen met patiënten, terwijl dat voor ons werk heel belangrijk is. Ik ben dus toch twee dagen per week op de kliniek, want ik wil die feeling met de afdeling houden. Net als in de gewone maatschappij dragen we verplicht mondkapjes en wassen onze handen. De anderhalve meter is lastiger. Sommige patiënten begrijpen het niet. In de beschermde omgeving van de kliniek leeft het nu eenmaal minder dan daarbuiten.

 

Netwerk inschakelen

 

In de psychiatrische zorg zie ik steeds meer aandacht voor herstelondersteunende zorg, wat de kans op herstel groter maakt. Zoals het betrekken van het netwerk van een patiënt. Ook binnen de forensische zorg zien we dat dat een beschermende factor is. Op Veldzicht brengt de maatschappelijk werker het netwerk van een patiënt in kaart en probeert wat er aan vrienden of familie is te betrekken bij de behandeling. Bij onze doelgroep is dat wel moeilijker. Een enkele keer is iemand zelfs totaal alleen.

 

 

Openheid naar de buitenwereld

 

Voor buitenstaanders is onze aanpak wel eens vaag. Men vraagt zich af of criminelen niet gewoon de gevangenis in moeten. Om te laten zien wat hier binnen gebeurt en wat voor patiënten er zitten heeft Veldzicht een social media team, dat een kijkje in de kliniek geeft. Door zulke aandacht voor forensische zorg en de patiënten die erin terecht komen, hopen we dat er meer kennis komt bij het grote publiek. En daarmee meer begrip en bereidheid om mensen een tweede kans te geven. Dat we het hen gunnen een leven op te bouwen. In Nederland of in hun land van herkomst.”

 

Kwaliteit leveren

 

Aranka is NVO-geregistreerd orthopedagoog. Voor de buitenwereld een garantie voor de kwaliteit van haar zorgverlening, voor haarzelf handig dat haar hele portfolio op één plek te vinden is. Ze heeft ook de basisopleiding tot Cognitief- en gedragstherapeut afgerond en doet op dit moment een cursus EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprogressing). “Daarmee vergroot ik mijn behandelmogelijkheden. Cognitieve- en Gedragstherapie is heel effectief. Het helpt veel mensen om hun gedachten te veranderen, en daarmee hun gevoelens en gedrag. EMDR is gericht op traumabehandeling. Bij Veldzicht hebben we veel te maken met vluchtelingen die een trauma hebben opgelopen en lijden aan Post Traumatisch Stress Syndroom. De vraag naar EMDR is dan ook erg groot.”

 

*VRIS-ser: Vreemdeling in de strafrechtketen. Iemand die illegaal in Nederland verblijft en een strafbaar feit heeft gepleegd of hiervan wordt verdacht

 

Tekst: Wilmie  Geurtjens

 

About the Author /

j.smeets@nvo.nl

Alle artikelen